Liedjesland.com


Zie ginds komt de stoomboot

Print - Zie ginds komt de stoomboot Print een kleurplaat met 'Zie ginds komt de stoomboot'


Zie ginds komt de stoomboot
uit Spanje weer aan.
Hij brengt ons Sint Nicolaas
ik zie hem al staan.
Hoe huppelt zijn paardje
het dek op en neer,
hoe waaien de wimpels
al heen en al weer.

Zie ginds komt de stoomboot

Zijn knecht staat te lachen
en roept ons reeds toe:
Wie zoet is krijgt lekkers;
wie stout is de roe!
Oh, lieve Sint Nicolaas
kom ook eens bij mij
en rijd toch niet stilletjes
ons huisje voorbij!

Achtergrond bij dit Sinterklaasliedje


Wist u dat Sinterklaas komt met de stoomboot maar weer verstrekt met de luchtbal (luchtballon). Hoe zit het nu allemaal. Dit liedje (eigenlijk versje) is geschreven door Jan Schenkman en staat in zijn in 1850 verschenen boekje Sint Nikolaas en zijn knecht.

In dit boekje verschijnt voor het eerst de knecht (tsja, we kunnen niet allemaal de baas zijn) van Sinterklaas en het wordt gezien als het begin van de pedagogische vorm van het Sinterklaasfeest zoals we dat nu kennen (en wat dus nu ook enorm ter discussie staat).

Ook de intocht ,de stoomboot en het boek van Sinterklaas werden door Schenkman in dit boekje geïntroduceerd.

Hier de pagina waarin de tekst van "Zie ginds komt de stoomboot" vandaan komt:
Zie ginds komt de stoomboot

De volledige tekst van "zie ginds komt de stoomboot" is dus eigenlijk de inhoud van dit boekje en gaat als volgt:

Aankomst van Sint Nikolaas
----
Zie, ginds komt de Stoomboot
Uit Spanje weêr aan;
Zij brengt ons Sint Niklaas,
Ik zie hem reeds staan!
Hoe huppelt zijn paardje
Het dek op en neêr,
Hoe waaijen de wimpels
Al heen en al weêr!
Zijn knecht staat te lagchen,
En wenkt ons reeds toe:
"Wie zoet is krijgt lekkers,
Wie stout was -- een roê."

Plegtige intogt van Sint Nikolaas
----
Daar rijdt hij de stad door,
Op 't prachtigst gekleed;
Zijn knecht draagt de geldkist
O, zie hoe hij zweet.
Het regent er bloemen,
Elk jubelt en juicht,
Terwijl zich Sint Niklaas
Op 't vriendelijkst buigt.
Eén echter verschuilt zich,
En tracht hem te ontvliên,
't Is WILLEM, een domoor,
Maar 't wordt ras gezien.

St. Nikolaas in den Boekwinkel.
----
Wel hoe! kwam Sint Niklaas
Zoo waar nu weêr hier,
Om boekjes te koopen?-
Dat doet mij pleizier;
want zie, dat 's nog beter
Dan koek of banket;
Een boekje met prentjes
Geeft jaren lang pret.
O, vond ik er morgen
Maar een in mijn schoen!
'k Gaf hem en zijn knecht dan
Een hand en een zoen.

St. Nikolaas luistert aan de Deur.
----
Wie gluurt daar door 't reetje?
De deur is niet digt!
't is Niklaas, die luistert
Wat ieder verrigt.
Wie traag is in 't leeren,
Of stout is of boos,
Sint Niklaas hoort alles,
Hij luistert altoos!
Hem kan men niet foppen,
Geloof mij opregt,
Wat hij niet gezien heeft,
Vertelt hem zijn knecht.

St. Nikolaas houdt Boek.
----
Sint Niklaas, de Bisschop,
Schrijft hier in zijn boek,
Al wat hij gehoord heeft
Bij 't jaarlijksch bezoek.
Wie zoet was of stout was,
Hij voegt het er bij;
Wat zou hij wel schrijven
Van u en van mij?--
O, vraag het zijn knecht eens,
Die maakt toch dit jaar,
Voor al, wie niet stout was,
De zakjes weêr klaar.

St. Nikolaas op Strooiavond.
----
Het leeft in den schoorsteen,
Hoor, hoor dat geraas!
Hoe rollen hier de app'len,
't Is vast Sint Niklaas!
Maar neen... 't Is zijn knechtje,
Dat zwart is van kleur;
Want ginds staat de Bisschop,
Voor de opene deur.
Zing spoedig een liedje,
Zie, zie, hoe hij gooit!
Hoe harder wij zingen,
Hoe ruimer hij strooit.

St. Nikolaas in de School
----
"Wel meester! hoe gaat het
"Met MINA en KOO?"
""Ja waarde Sint Niklaas!
""Dat is maar, zóó, zóó!""
"Verdienen ze een prijsje
"Of zijn zij 't niet waard?"
""Zij zijn als al de and'ren,
""Wat vrolijk van aard."
"Welnu dan, wie stil is
"En vlijtig hier leert,
"Ziet, als ik terug kom,
"Een prijs zich vereerd."

St. Nikolaas in de Kinderkamer.
----
Een tafel vol speelgoed!
Wie had dit verwacht?
Nog nooit heeft Sint Niklaas
Zóó ruim ons bedacht.
Een zak Chocolaadjes!
Een mand vol banket!
Vier boeken met prentjes,
Zoo keurig en net!
En dan nog voor ieder
Een letter er bij!
O, was ieder kind, zoo
Gelukkig als wij!

St. Nikolaas bij Grootmama.
----
Wel Grootma, wel Grootma!
Kijk, dat vind ik mooi!
Een tafel vol lekkers,
En dat voor wat hooi!
Hoe klein was mijn schoentje,
Hoe groot dit present!
En dan nog een boekje,
Een doos, en een prent!
Wel Grootma, wel Grootma!
O geef mij een zoen!
Ik breng, na een jaartje,
Op nieuw u mijn schoen.

St. Nikolaas bij een Rijk Kind.
----
"Sint Niklaas! kom binnen,
"Wat moois brengt gij mee?
"Graag had ik een boekje!....
""Ik schenk u er twee.
""Het een zal u leeren,
""Dat Godsvrucht en deugd
""Meer waard zijn dan schatten,
""De bron zijn van vreugd.
""Het tweede toont klaar u,
""Wat vreugd men geniet,
""Zoo men van zijn' rijkdom
""Ook d' armen iets biedt.

St. Nikolaas bij een' Snoeper.
----
De trommel is vol nog!
Geen mensch, die mij ziet;
Dus spoedig een koekje,
Dat mist men toch niet.
Help! Hemel, wat is dat,
Wie grijpt mij bij 't oor?
O wee! 't is Sint Niklaas,
Hoe raak ik er door!
Ach, Bisschop van Spanje!
Ach, laat mij maar gaan,
'k Zal nooit aan den trommel
Mijn handen weer slaan.

St. Nikolaas bij een Arm Kind.
----
Wel is het Sint Niklaas,
Maar ach! niet voor mij!
Vast gaat hij ons hutje
Stilzwijgend voorbij!
O, mogt hij er komen,
Dan kreeg ik toch iets!
Elk krijgt wat van avond,
Maar ik, helaas niets!
'k Ben arm! ... maar wat zie ik?
Een pop van taai taai!
O foei! -- en ik morde!
Neen, dat was niet fraai!

St. Nikolaas bij stoute Kinderen.
----
Ei, ei, die Sint Niklaas
Is lang na niet mak!
Daar stopt hij twee knaapjes
Pardoes in zijn zak.
't Is loon naar werken,
En rijklijk verdiend.
Hij straft niet graag kindren,
Maar is hun een vriend.
O Bisschop! vergeef hun
Deez' enkelen keer,
Schenk, schenk hun genade,
Zij doen het nooit weêr!

St. Nikolaas vertrekt.
----
Sint Niklaas vertrekt weêr!
Gebruik slechts uw oog,
Daar stijgt hij op 't paardje
Per Luchtbal omhoog.
Zijn knecht zit in 't schuitje,
Maar rilt als een blad;
'k Wed dat hij veel liever
In 't Stoomschip weer zat!
De Bisschop lacht hartlijk,
En vreest geen gevaar;
Maar groet nog zijn vriendjes,
Tot 't volgende jaar.

Aangezien de knecht (later zwarte Piet) in dit boekje geïntroduceerd werd wil ik de volgende zin er nog even uitlichten:

"Maar neen... 't Is zijn knechtje,
Dat zwart is van kleur;
Want ginds staat de Bisschop,
Voor de opene deur."

Dus waarom is Piet zwart en hebben we nu zo'n enorme discussie? Als ik kijk naar dit zinnetje lijkt de meest aanemelijke verklaring simpelweg dat 'kleur' en 'deur' goed rijmen (blauwe mensen bestonden toen niet, zover ik weet).

Dit boekje beschrijft zo'n beetje compleet hoe we Sinterklaas nu nog steeds vieren. Wellicht vindt u het leuk het complete boekje te hebben. We hebben het daarom als PDF beschikbaar gemaakt. Download hier "Sint Nikolaas en zijn knecht".

Hieronder kunt u meediscussiëren over herkomst en toekomst van het Sinterklaasfeest en over "zie ginds komt de stoomboot" natuurlijk.

Aanbevolen:


© 2000-2014 Liedjesland.com.
Disclaimer | Privacy verklaring