Er was eens een in mooi Amsterdam
Die zat in een heel stiekem verscholen
Hij zong elke morgen: wat is het toch fijn
Een in een in Mokum te zijn
Ik zag een - waar?
Daar op de - Waar op de ?
Nou daar
Een kleine op
Nee 't is geen grap
't Ging van klip klippedieklap op de
Oh, ja?
Het was eenzaam en zocht naar een vrouw
En piep zei een in het voorhuis, ik trouw
En dus zongen ze samen: wat is het toch fijn
Een in een in Mokum te zijn
Ik zag een - waar?
Daar op de - Waar op de ?
Nou daar
Een kleine op
Nee 't is geen grap
't Ging van klip klippedieklap op de trap
Oh, ja
Ma kreeg een vijfling en allen gezond
Dus aten de muisjes beschuitjes met muisjes
En iedereen zong toen: wat is het toch fijn
Een in een in Mokum te zijn
Ik zag een muis - waar?
Daar op de - Waar op de ?
Nou daar
Een kleine op
Nee 't is geen grap
't Ging van klip klippedieklap op de
Oh, ja
De muizenfamilie werd vreselijk groot
De molenaar vluchtte, hij was als de dood
Voor de muizen die zongen: wat is het toch fijn
Een in een in Mokum te zijn
Ik zag een - waar?
Daar op de - Waar op de ?
Nou daar
Een kleine op
Nee 't is geen grap
't Ging van klip klippedieklap op de trap
Oh, ja
De muizen die hebben het fijn naar hun zin
De staat leeg want geen vrouw durft erin
Aanbevolen: |